Nederlandse Familienamenbank

Naam 
Vries, de < Vries
Vrieze, de
Vriesland, van
Penning de Vries
Vriesde

verklaring:
Deze familienaam identificeert een Fries, een persoon afkomstig uit Friesland of iemand met Friese wortels.
In de vroege middeleeuwen duidde de volksnaam degenen aan die in de gehele kuststrook woonden, in het gebied dat als Frisia of Fresia bekend stond, van Wezer tot Zwin. Pas omstreeks 1100 kwam de naam Holland in zwang voor het Westfriese deel dat nu globaal de provincies Zuid- en Noord-Holland omvat, van Vlie tot Maas.
Het is opvallend dat deze naam ten tijde van de naamsaanneming onder het bewind van de Fransen in 1811-12 massaal door inwoners van Friesland is aangenomen. Een gebaar van regionaal bewustzijn of uit gemak?

Citeren:
Leendert Brouwer, 'De Vries', in: Nederlandse Familienamenbank = CBG Familienamen, Amsterdam, Meertens Instituut / Den Haag, CBG Centrum voor familiegeschiedenis, 2000...


kenmerken:
herkomstnaam

specifieke componenten:

de

de

1. Bepaald lidwoord.
2. Het Franse voorzetsel de = 'van'.
Bij een aantal namen is lidwoord of voorzetsel met het grondwoord samengetrokken, al dan niet met weglatingsteken.

• "Wanneer het grondwoord met een h begint (hond, haas, haan, hoen) versmelt het voorafgaande lidwoord soms met het grondwoord: familienamen Dhondt, Dhaese, Dhaen, T'Hoen. Dergelijke samengetrokken, proclitische vormen zijn vanzelfsprekend eveneens een westelijk verschijnsel, aangezien ze de aanwezigheid van een lidwoord vooropstellen. Clitisering van het lidwoord 'de' is uitsluitend een Vlaams verschijnsel. (...) In tegenstelling tot zijn masculiene/feminiene tegenhanger 'de' wordt het onzijdige lidwoord 'het' zowel in Nederland als in Vlaanderen in familienamen geagglutineerd met het grondwoord, b.v. 't Hart, 't Hooft, 't Hoen (...)" [Marynissen-1999, p 26].
• C'est la préposition la plus courante en français; elle marque généralement l'origine. Lorsqu'il s'agit d'un nom noble, le toponyme désigne la propriété. Le de n'est pas le signe nécessaire pour marquer un nm noble ancien (dans le Sud-Est beaucoup d'anciennes familles nobles ne portent pas le de). Un certain nombre d'anoblissements modernes se sont faits sans addition du de: barons Empain, Lambert, Notomb..., comte Maeterlinck, etc. On la rencontre le plus souvent avec un nom de lieu: Deroubaix, Deliège, Demarche, Despa, etc. La préposition peut se trouver avec des noms communs topographiques, souvent sous la forme contractée du: Dubois, Dupont, Dufour, etc. Delafontaine... Également avec des noms de maisons, d'enseignes: Ducoq, Dusoleil. La préposition peut avoir gardé la forme dialectale di: Dispa, Dissewiscourt... La forme wallonne de l'article contracté dè 'du' est souvent écrité de; ainsi la forme Depré (Deprez) peut donc correspondre à Dupré ou à Després. Dans quelques noms, la forme du se trouve devant un féminin: Duchaussée... Parfois la préposition est élidée et l'apostrophe est notée: D'Hainaut, d'Harbeng, D'Hernoncourt... Formes plurielles: Deschamps... [DNFBR, p 38, 208, 291].

afkortingen en bibliografische notaties: