Nederlandse Familienamenbank

Naam 
Cock, de
< Cocq, de < Cocq van Delwijnen, de
Cocq, le
Clifford Kocq van Breugel
Banninck Cocq

naamsvermeldingen en literatuurreferenties:

• Jan Willemsz Cock; vader van Jan Jansz Cocq, lakenkoper, schepen Den Haag 1594-98, vroedschap 1598 (enz.), burgemeester 1602-09, enz. (met nogal wat bezittingen en een flink vermogen); vader van o.a. Dirk (de) Cocq, geb. Den Haag 1616, apotheker te Delft; en Mr. Johan de Cocq, advocaat voor het Hof van Holland, huw. Den Haag 1623 [W. van Duijn, 'Parenteel Tromper', in: Kronieken Prometheus 3 (1994), p 227].
• Verwijst naar legende over de voorouder Raoul de Châtillon die zich le Cocq liet noemen, nadat Lodewijk IX, die hem voor coquin (schelm) had uitgemaakt, opmerkte dat 'le coq a chanté de bon matin', nadat Raoul de koninklijke troepen had verslagen (ca. 1265). (W. van de Poll, - Gelderland, 1853.) [R. Dell'Aira, 'Het wapen van Waardenburg', in: Mededelingen Historische Kring West-Betuwe 19 (1991), nr 1, p 28].
• Kok, (de); (de) Kock, de Koch, (de) Co(c)k, (de) Cocq, de Cook, Decooq, Koo(c)k, de Koek, de Couck, (de) Cok, Coc, Coq, Koq, Koks, Cox, (de) Coox, Cocks, Cocx, (de) Cockx, Ko(k)x, Kocks, Koc(kx), Kocx, Koch(s), Coch, Chockx:  1. BerN van de kok. ±1300 Gerardus cocus domini comitis Flandrie (DEBR. 1980); 1360 Diederic de Coc...doen hi coecte, Lv. (DE MAN 1949); 1356 Egidii Cocx; 1382 Clays de Coc, Ktr. (DEBR. 1970). — 2. BerN Mnl. coc, scarpcoc: beul, scherprechter. 1404 Peteren de Koc, scarprechtere, Bs. (HB 251). — 3. Soms vertaling van Fr. Le Cocq: de Haan. 1398 Hendrick de Cock (zoon van) H. de Châtillon dit le Coq. Het wapenschild van families De Cock vertoont vaak een haan (med. L. de Kock, Bilthoven).  [WFB2]
• Lecocq, Lecoq(ue), Leco(c)k; Laco(c)que, Duco(c)q, Duquoc, (de) Cocq, Coq, Koq:  1. Fr. Coc: haan. Vgl. De Haan. BN. 1384 Huet le Cocq, Laon (MORLET). — 2. Vertaling en adaptatie van De Coc(k). 1675 Maria le Cock, Bilzen (SCHOE.).  [WFB2]
• Kok, (de); (de) Kock, (de) Cok, (de) Cock, de Cocq, le Co(c)q, Koks, Ko(k)x, Cox: 1. BerN van de kok. 1360 Diederic de Coc ... doen hi coecte, Leuven (WF); 1381 Calle Scox; Pieter de Koc, Hontenisse (DEBR. 1999); 1424 Jan de Coc filius Jans, Vlissingen (PARM.); 1475 Willem de Coc, Aardenburg (Van Vooren 1970). ­ 2. BerN Mnl. coc, scarpcoc `beul, scherprechter'. 1404 Peteren de Koc, scarprechtere, Brussel (WF). ­ 3.Le Cocq kan een vertaling zijn van de Cock, maar de Cock is ook soms vertaald uit Lecocq `de haan'. 1398 Hendrick de Cock (zoon van) H. de Châtillon dit le Coq. Het wapenschild van de families De Cock vertoont vaak een haan (med. L. de Kock, Bilthoven).   [WFZ]

afkortingen en bibliografische notaties: