Nederlandse Familienamenbank

naamsvermeldingen en literatuurreferenties:

• Evert Tulleken, huw. 1552, Arnhem 1568; zoon van Rutger Tolliken, huw. 1528, Arnhem 1548; zoon van Arnt Tollicken, Arnhem 1497, beleend met het Broeckstuk onder Westervoort 1502; zoon van Rutger Tolleken, beleend met Warmerslagh (Westervoort) 1496, alsmede met het Broeckstuk in Westvoorderbroek; zoon van Arnt Tolleken, Arnhem 1429?; zoon van Johan Tolleken, Arnhem 1429?, ovl. 1439. Johan Burchard Diederik Tulleken, heer van Rijswijk werd in 1899 verheven [Ned. adelsboek 95 (2010), p 383-405]. • [J. Duinkerken, Voorlopige inventaris van het Archief Tulleken (1486-1924), z.p. 1994]. • Rutger Tulleken, geb. waarschijnlijk in 1537, burgemeester van Arnhem, lid rekenkamer Gelderland in 1580; zoon van Rutger Tulleken, ovl. 1579. Een tak komt in Zeeland terecht [M. v.d. Bijl, Idee en interest. Voorgeschiedenis, verloop en achtergronden van de politieke twisten in Zeeland en vooral in Middelburg tussen 1702 en 1715, Groningen 1981 (genealogie in bijlage 12)] • Oswald Christiaan Tulleken, inspecteur Opium Regie in Batavia (San Antonio, Texas/USA, 1884-Bennebroek 1969) [Ewald Vanvught, Wettig Opium, 350 jaar Nederlandse Opiumhandel in de Indische Archipel, Haarlem 1985; H.R. van der Woude, Het geslacht Boers 1550-2000, Zuidlaren 2001].

• Tulkens, Tulleken(s), Thulke:  Metr. Dim. van Tule = Toele. Zie Toelen(s). 1308 Henrici dicti Tolleken, Mech. (OAT II).  [WFB2]

afkortingen en bibliografische notaties: