Nederlandse Familienamenbank |
Rooij, de (y) |
< | Rood | < |
Roode Roth Roodbol |
naamsvermeldingen en literatuurreferenties:
• Albertus Rufus, 1220 (roodharige, rossige) [Schaar van der-1959, p 35]. • Rode Berend, Zwolle 1449 [Maandrek. Zwolle 1449]. • Roothoofd, alias Rootgen, alias Root. In verband met het huis het Roothooft in een steeg naar het Rokin te Amsterdam: Cornelis Thonisz Roothooft, sedert 1549 met deze fn.; sedert 1559 Rootgen; vrouw en kinderen vereenvoudigen de naam tot Root [S.A.C. Dudok van Heel, 'Twee figuren teveel. De familie Cat en hun memorietafel uit 1517', in: Jb. CBG 50 (1996), p 202]. • Claes Jansz Rood, 1686 [D. Brinkkemper, 'De opkomst van Volendam als vissersplaats 1462-1700', in: Premiefoto Vereniging Oud Volendam (1998), nr 29, p 43]. • [Familieboekje Rood, Egmond aan Zee, Stichting Westfriese Families]. • [Jaap Beemsterboer, 'Schildersbedrijf Rood op weg naar 125-jarig bestaan', in: West-Frieslands Oud en Nieuw 72 (2005), p 36-45]. | |
• Ro, de; (de) Roo, de Rho, Derho, (de) Rode, de Rood(e), Rood(en), de Roy(e), de Roij(e), de Rooij, de Rooy, de Roey: 1. BN De Rode, naar het rode haar. Vgl. Rossel. 1220 Walterum Rufum (DEBR. 1980); 1277 Hannekin Rode, 1326 Jan de Rode, Ip. (BEELE); 1398 Gillis de Roede, Moen (DEBR. 1970); 1487 Olivere de Roeye, Edegem; 1520 Jan de Roij, Kontich (SELS). — 2. De Ro(o) evtl. < Deroi, Deroy. [WFB2] | |
• Rood: Wsch. Ndl. spelling voor D. Rot. [WFZ] | |
• Zie ROOT in het Vroegmiddelnederlands woordenboek [VMNW]. |
afkortingen en bibliografische notaties: |
|