Nederlandse Familienamenbank |
Roelofs | < |
Roelofsen Roelfsema Roelse Broekroelofs Benavente Roelofs |
naamsvermeldingen en literatuurreferenties:
• Jacobus Roelofs (Huissen 1759-1834) [P.G.M. Driessen, 'Een kwartierstaat: daar zit muziek in', in: Mededelingen Historische Kring Huessen 42 (2017), nr 1, p 17-19]. • Hendricus Roelofs (Emmerich 1748-Bemmel 1826) [Willem Rasing, 'Kwartierstaat van Maria Johanna Theodora Rianne Gelsing, Gendt 19 juli 1962', in: Ganita Mare 24 (2017), nr 3, p 16-17]. • ['Nieuwe boeken', in: Med. CBG 42 (1988), nr 4, p 12]. • "Pas in de 19e eeuw werd de naam Roelofs gebruikt." Daarvoor Zandvoort [C.H. Roelofs-Verbrugge, The life of a Dutch American George Roelofs (1853-1919) of Zwolle (etc.), Minneapolis 1994; vgl. Genealogie-CBG 2 (1996), nr 1, p 9]. | |
• Roelof, Roelofs(en), Roeloff(zen), Rol(l)of(f), Rohloff, Roloffe, Rolofson, Rolef, Rouleff, Ruyloft, de Rolf, Drolff, Deroloffe, Rolf(s), Rollfs, Rohlf, Rolfo, Roef(s), Rouff, Roeffen, Reuff, Rueff, Ruf(f): Patr. Germ. VN hrôth-wulf "roem-wolf": Hrodulfus, Roolf (MORLET I). 1118 Rodulfus de Melle (GN); 1268 Rolf de Hille; 1304 Roelf le Bliec; 1268 Mas filius Roelf = 1277 Maes fieus Rolfs, Ip. (BEELE); 1372 Roeloven van Redinghen, Tn. (ROEL. 1951); 1396 Jan Roelof vel Roef, Maarke-Kerkem (DE B.); 1544 Rodolphus dictus Roef, Bergeik (JVO). [WFB2] | |
• Roelof(s), Roelofse(n), Rolaff, Rolf(es), Ruijloft: Patr. Germ. VN hrôth-wulf `roem-wolf': Hrodulfus, Roolf (MORLET I). 1118 Rodulfus de Melle (GN); 1268 Mas filius Roelf = 1277 Maes fieus Rolfs, Ieper (BEELE); 1309-10 Hughe Roedolf, Aardenburg (HAES. 159); 1600 Barbele Roelof, Aardenburg (VAN VOOREN 1973). [WFZ] |
afkortingen en bibliografische notaties: |
|