Nederlandse Familienamenbank

Naam 
Nuijten (y)
< Nooijen (y) < Nooij (y)
Nooijens (y)
Noijen (y)

naamsvermeldingen en literatuurreferenties:

• Jan Noydin, Ieper 1326; Arnd filius Willem Noyden, 1403 [WFB].
• Reynken Noijensoens, Nijmegen 1463, akte betreffende een stuk land in het kerspel van Oij [Legerboek Stevenskerk Nijmegen 1600, p 52].
• Henrick Evertz Noijen, 1638 te Meerveld, Garderen; zoon van Evert Noijen; zoon van Noije Everts [Herengoederen Veluwe I, p 157].
• Noudens, Nouwen(s), Nauwen(s), Nowens, Nuewens, Neuen(s), Noijdens, Noydens, Nooijen(s), No(o)yens, Noijen(s), Noyen(s), Noeyens, Noeijens, Noye, Nauyens, Nuydens, Nuyen(s), Nuijen(s), Nueys, Nuijes, Neujens, Neuyens, Nijdens, Nydens, Neyen(s), Neij(e)ns, Nijen, Neyns, Neins, Nyns, Nijns, Neyes, Naeye, Naeije, Naeyé, Nay(e):  Patr. De Mnl. grondvorm is Noudin, vleivorm van de Germ. VN Arnoud. De l in Arn(w)old werd gepalataliseerd > Noid; vgl. de Mnl. dichter van het Esopet: (Calfstaf ende) Noidekin. Door palatalisering en ontronding verschoof oi verder tot ui/ei (vgl. Boudens, Boydens, Buyens, Beyens). De intervocalische d werd gesyncopeerd en werd een glijder w (Nouwens) of j (Neujens). 1326 Jan Arnoudin; 1326 Jan Noydin, Ip. (BEELE); 1340 Pieter Noydins zone; Wouter Neydins sons lant, Saaftinge (DEBR. 1999); 1394 Gielijs Noydens; 1406 Jan Noyens; 1406 Peter Nouwen Arts zone, Aw. (ANP); 1427 Neuhins, 1532 Neuens, Nuyens, Nayen, Neyden, Lv. (LIND.); 1569 Guilhelmus Nijns, Lv. (HENNO). Zie ook Noye.  [WFB2]

afkortingen en bibliografische notaties: