Database of Surnames in The Netherlands |
Smit | < |
Smits Smid Smith Faber Smit, de |
naamsvermeldingen en literatuurreferenties:
• [M. Gysseling, 'Een alternatieve etymologie van smid', in: Wortes anst - verbi gratia. Donum natalicum Gilbert A.R. de Smet, 1986, p 183-184]. • [Jan Spendel: Smid in familienamen, Amsterdam 2008]. • [Man de-1949, p 620]. • Jacop die Smit, Sint-Oedenrode 1375; Arnt de Smyt, 1429 = Arnoldus Smid, 1431 [Schepenen Sint-Oedenrode 1311-1550, p 55]. • Henric Smyt Hannensoen; Lambert die smyt (Lambert Smyt) e.a., Zwolle 1399 [Maandrek. Zwolle 1399]. • Lubbert Smyt, te Emmen ca. 1450 [Schattingslijst Drenthe ca. 1450, p 68]. • Hijnrick Smyt, Roden 1546 [Schattingslijst Roden 1546, p 31]. • Willem Tymans smit, Leiden 1574 [Volkstelling-1574, p 69]. • Aert Jansz Smit, bewoner van het huis 'den Gouden Ancker' te Middelburg 1576 [Kohier 100ste penning Middelburg 1576, p 14]. • Jan Jansz Smit, aangeslagene bij de capitale impositie van 1585 te Amsterdam, schout in 1579 [Dillen van-1941, p 113; vgl. Elias p 124]. • Johan Smijt, cijnsplichtige te Neede 1598 [Keunen-2006, bijlage III, p 90]. • Corstiaen Diercxssen Smijt, Oud Gastel 1599 [Inwoners Gastel 1599, p 60]. • "Het behandelt het nageslacht van Jacques Luijdertsz van Vreem alias Smit, die rond 1620 'in den vreemde' (niet bekend van waar) geboren moet zijn. Hij trouwde in 1643 met een Alblasserdamse, werd smid te A., waaraan hij later zijn achternaam zou ontlenen. Uit hem ontstond een groot nageslacht, waaruit de reders Smit afstammen (Smit Tak, Smit Internationale enz.). Een kleinzoon van Jacques nl. Jan Janse kwam in 1721 naar Ridderkerk en vestigde zich door huwelijk met een weduwe op een boerderij op de hoek van de Havensteeg en de Molendijk en de volksmond sprak zodoende van Jan Janse van den Hoek, later afgekort tot Jan van den Hoek" [A.P. van den Hoek, Het geslacht Van den Hoek uit Ridderkerk, (Heinenoord 1993); vgl. bespreking in: Verleden Tijdschrift. Uitgave van de Stichting Oud Zevenhuizen-Moerkapelle (1993), nr 35, p 87]. • Jan Jacobsz alias Jan de Smit alias Jan Silversmit, ovl. Vlaardingen ca. 1691 [Zijl van-1989, p 137]. • Pieter Garmensz Smit, in 1742 smid te De Zijpe; op dezelfde plek in 1779 Jan Cornelisz Smit [Dekker-1988 (Zijpe), p 741, p 742]. • Evert Pietersz Smit, Schellinkhout 1682, schipper op de Smit; Jan Pietersz Smit, schipper op de Ankersmit [Boon-1988, p 205]. • Anna Smit (Marechal) (Leiden 1743-1829); dochter van Gelaudius Smit (Marechal) (Leiden 1704-1750); zoon van Andreas Smit (Marechal) (Leiden 1678-1724), lakenwerker [A. van Zegveld-Regeer, 'Kwartierstaat De Kler', in: GBLO 4 (1989), KW 42 - zie onderstaande websitelink]. • [Haeserijn-1954, p 161]. • [P. van Eeten, 'Het geslacht Smit (De Smith) uit Giessen', in: GTMWB 18 (1994), p 131-135]. • Derck Jans Smit, meester-smid, huw. Wedde (Gr.) ca. 1710 [Wegman-1982, p 6]. • Jan Gerritsz Smit, huw. 1670 te Texel [Dijt-1962, p 193]. • Jan Klaassen Smit, doop dochter, Ermelo 1753 [Hazeu-van Veldhuizen-1984, p 31]. • Jacob Smit (Schmidt), afk. uit graafschap Nassau-Usingen, huw. Kruiningen 1778 ['Wapenregister', in: GEM 28 (2020), nr 1, p 32]. • Jan Jans Smit Zoutkamp (1735-1811); hij en nakomelingen nemen de naam Smit aan hoewel hij zelf visser is; nakomelingen van zijn tweelingbroer nemen de naam Visser aan [P.J. Ritsema, 'Vergeten helden der zee', in: GN 17 (1962), nr 8, p 235; vgl. Gruoninga 1961]. • Albert Gossens Smit, Terschelling 1812, 24 j. (o.a.) [Dieren van-1990, p 205]. • Sytze Jorkes Smit, mr. grofsmid, Franekeradeel 1812 [RFF]. • Jacob Derks Smit (nam deze naam in 1811 aan), was evenals zijn vader eerst smid voor hij landbouwer werd; zoon van Derk Jacobs (Tjamsweer 1735-1806), die ook wel Smit werd geheten [R. Wobbes, 'Herkomst van een tinnen gildebeker en een koperen gildepenning', in: Gruoninga. Jaarboek voor genealogie, naam- en wapenkunde 36 (1991), p 177]. • Jan Swiersen Smit (ovl. Borne 1770), de smitte wordt aan zoon Swier Jansen Smit verkocht [M.G.E. van Harten-Fransen, Grepen uit de historie van Borne, 2, Borne 1987, p 60]. • [A. Brouwer, 'Kwartierstaat Smit', in: Ons Waardeel 4 (1984), nr 6, p 276]. • Nathan Levie Smit, Amsterdam 1823, geb. 1818; zoon van Levie Hijman Smit, kramerijventer [Harmen Snel, 'Joodse leerlingen op een openbare lagere school in Amsterdam in 1823', in: Misjpoge 21 (2008), nr 1, p 5]. • [E.C. Smith, The book of Smith, 1978]. | |
• Smid, (de); (de) Smi(d)t, (de) Smed(t), (de) Smet(h), (de) Smette, (de) Smets, de Smeds, Smed(t)s, Sme(e)ts, Smeedts, (de) Smetz, (de) Smidts, Smits, Smitz, Smie(d)ts, Smitt, Smith, (de) Schmid(t), Schmied, Schmit(t), Schmith, Schmit(t)e, Schmi(d)ts, Schmi(d)tz, Schmetz, Schmeets, -tz, Schme(i)ts, Schmeitz, Szmid(t), Szmit: BerN van de smid, b.v. hoefsmid, wapensmid. 1326 Calle Smeits man; 1373 Jan de Smit = 1380 Jhan de Smet, Ip. (BEELE); 1311 Ihan Faber = 1323 Jhan de Smet, Ktr. (DEBR. 1971); 1370 Gillis den Smet...dat hi houdt te ghereke al tharnasch van den Hove als van Yserwerke...van anderen yserwerke van eenre merie te beslane ende van naghelen; 1376 jeghen Pietren den Smet als van eenen jare van yserine werke ende van allen den paerden te beslane, Ktr.; 1398 Jan de Smet, Sare Smets, Deerlijk; 1382 Jan de Smet oude Woutre Smeets zone, Ruiselede (DEBR. 1970); 1379 Aerts van Holede smeets = Aert van Holede de smet, Diest (HB 368). — Lit.: F. DEBRABANDERE, Familienamen rond het smidsvak. Huldealbum J. De Smet, Brugge, 1964, 147-153. [WFB2] | |
• Smid, (de); (de) Smidt, (de) Smit, Smids, Smits, (de) Smet, de Smedt, Smets, Smeets, Smith: BerN van de smid, hoefsmid, wapensmid. 1309-10 Gherard de Smet = Gherard de Smit... ii clinken, Aardenburg (HAES. 161); 1314 Everdey die Smet, Hulst (DEBR. 1999); 1398 Jan de Smet, Sare Smets, Deerlijk; 1382 Jan de Smet oude Woutre Smeets zone, Ruiselede (DEBR. 1970); 1475 Grietkin Smeits, Adriaen de Smit, Aardenburg (VAN VOOREN 1970); 1478 Willem de Smet, Axel (STEEGERS). [WFZ] | |
• Zie SMIT in het Vroegmiddelnederlands woordenboek [VMNW]. |
afkortingen en bibliografische notaties: |